“Geestelijke dingen” 2 Korintiërs 12
Montanus het jaar 156
Het is het jaar 156. Ja, je hoort het goed! 156! Het nieuws van Jezus die gekruisigd is, die voor mensen geleden heeft, gebloed heeft, die het mogelijk gemaakt heeft voor iedereen als ze hun geloof, hun vertrouwen in Hem stellen, om vergeven te zijn van zonde, bevrijd te zijn van schaamte, niet meer bang te zijn voor een oordeel (tegenwoordig niet meer bang voor, maar in vroeger tijden écht wel hoor!)! Niet eens alleen joden, maar zelfs Romeinse soldaten (Cornelius Hand. hoofdstuk 10), Griekse mensen en zelfs die halfbakken types als Samaritanen, het nieuws van Jezus verspreid zich door het Romeinse Rijk. En het idiote was, deze Jezus was opgestaan uit de dood. En nog gekker, als je zei van deze christenen dat ze gek waren geworden en je bedreigde ze met de dood, dan wilden ze er graag voor sterven! Jezus die naar de aarde kwam, mens werd, de incarnatie met een moeilijk woord, dood was gegaan om de schuld af te betalen voor de mensheid, de dood overwon en weer opstond uit de dood, naar de hemel was gegaan en de heilige geest gaf om in Christenen te wonen. Het ontstaan van de eerste kerk. Dit noemde men “de grote gebeurtenis”. Het had in de afgelopen jaren, nu het het jaar 156 was, de wereld verandert. Niets zou ooit meer hetzelfde zijn. De maatschappij op z’n kop. Die kerk, die christenen met hun Jezus hadden maar één God. Oké, en daar verschilden de christenen over van mening, ze hadden één God met drie namen, of drie gezichten (ons woord persoon komt van masker/rol), of drie verschijningen, het mysterie van de drie-eenheid (dit moesten ze in 156 nog onder woorden brengen), maar ultiem wees dit naar één God! Dat kan niet! Je hebt een heel leger van goden en afgoden nodig! Dit ontwricht de maatschappij! De Kerk was geboren, een groep mensen die overal opdook, overal in kleinere plaatselijke groepen samenkwam, was een groep mensen die leefden door de kracht van de heilige geest. Maar de kerk worstelde ook. Vanaf het prille begin. Ze vermengde erg met de wereld om haar heen, ze werd een religie naast andere religies, het merkbare, tastbare van Gods heilige Geest werd minder. En in klein Asia, huidig Turkije, stond een man op. Montanus. En Montanus zou opwekking brengen. Een nieuwe geestelijke herleving! Hij was als een profeet uit oud testamentische tijden. Hij bracht verse wind! Hij stond voor een christelijk geloof dat zich apart zette van de wereld. Dat zich zou zuiveren! Heiliger. Hij sprak, gedreven door de “geest” over een kerk dat zich moest zuiveren. Als hij daar gestopt was, was er weinig aan de hand. Maar Montanus met zijn twee profetessen aan zijn zijde stopte daar niet, nee, ze raakten in een vervoering, in een extase, op een manier dat in de Bijbel bij het volk van God niet voorkwam, namelijk hun lichamen werden als het ware “uitgeschakeld” als de “geest van de waarheid” dóór hen heen sprak! Eng! Hij en zijn profetessen waren ervan overtuigd dat God hen had gegeven als Zijn “nieuwe instrumenten” van verse openbaring. En dat de geest door hen heen iets nieuws zou brengen. Ze vertelden dat Jezus snel terug zou komen. Dit gaf gedoe in de tweede eeuw van onze jaartelling. Wat moest de kerk hiermee? Dit was wanorde! Dat Montanus buiten zinnen kon zijn, opriep tot heiligheid en Jezus snelle terugkeer “voorspelde” was één ding, dat hij hiernaast óók nog eens zei dat als men niet naar hem luisterde, dat dit tegen Gods wil, ketterij, was, bracht dit de kerk compleet in een staat van verdeeldheid en ruzie. En wat Montanus als onderwijs had, was ook niet mals. Hij vertelde dat dit een nieuwe tijd was, de tijd van de geest. Dat het oude testament er niet meer toe deed. Dat het christelijk tijdperk waarin alles om de Here Jezus draaide, de grote gebeurtenis, God die vlees werd, naar de aarde kwam, voor mensen boete, stierf, opstond uit de dood en naar de Vader ging, de heilige Geest, het ontstaan van de kerk, dat dit allemaal eindigde. Er was een nieuwe tijd, anderhalf eeuw was lang genoeg geweest! De naam van Jezus stond niet meer centraal, nee, de naam van de geest. Deze zelf uitgeroepen profeet zei dat hij het recht had om Jezus Christus en wat de apostelen in wat wij het nieuwe testament kennen, dat was er toen nog niet, dat de boodschap van Christus en de vroege apostelen wel aan de kant geschoven kon worden! In de naam van de geest ontkende Montanus dat Gods openbaring in Jezus had plaatsgevonden. De kerk had een opdracht, namelijk het goede nieuws van de here Jezus vertellen! Namelijk God, de drie-enig God aanbidden! Het trouw blijven aan wat de apostelen leerden! Het was duidelijk dat het “laten leiden door de geest” geen garantie bood voor de voortgang van de kerk! En dit zette een beweging in gang in de vroege kerk. Niet dat ze niet meer in de Heilige Geest geloofden, maar deze uitwassen, Montanus, zette in gang dat de geschriften van de apostelen, Johannes, Petrus, Paulus en dokter Lucas die veel met Paulus optrok en het boek Lucas en Handelingen schreef, zorgvuldig getoetst werden, bij elkaar gezocht, en als raamwerk fungeren tot op de dag van vandaag waaraan je kunt toetsen of iets van de Heilige Geest is, of van een dwaalgeest. De brieven en geschriften die later ons Nieuwe Testament zouden vormen waren getoetst en bewezen materiaal bij die algemene kerk, als helpend in onderwijs en kennis van God, van Jezus. En zo werd het, mede door toedoen van Montanus, een fundament en een raamwerk voor christenen, ook nu nog, ook voor mij nu nog.
Paulus
Een na laatste boodschap in de serie “Steeds Mooier”, de serie waarin we door de brieven geschreven aan de Korintiërs gaan. In 2 Kor. 12 spreekt Paulus over dit soort leraren, zogenaamde profeten, zogenaamde apostelen, die denken een nieuwe wind van leer te moeten kunnen brengen.
Ik heb de boodschap voor vandaag “Omgaan met geestelijke dingen” genoemd.
2 Kor. 12:1-7
1Ik word er wel toe gedwongen hoog van mezelf op te geven. Daarom zal ik, hoewel het geen enkel doel dient, het hebben over visioenen en openbaringen die de Heer ons schenkt. 2Ik ken een volgeling van Christus die veertien jaar geleden tot in de derde hemel werd weggevoerd – in zijn lichaam of buiten zijn lichaam, dat weet ik niet, dat weet God alleen. 3Maar ik weet dat deze man – in zijn lichaam of zonder zijn lichaam, dat weet ik niet, dat weet God alleen –4werd weggevoerd tot in het paradijs en dat hij daar woorden hoorde die door geen mens mogen worden uitgesproken. 5Van zo iemand wil ik hoog opgeven. Wat mijzelf betreft zal ik me slechts op mijn zwakheid laten voorstaan. 6En zelfs al zou ik hoog van mezelf willen opgeven, dan nog zou ik geen dwaas zijn, want ik zou de waarheid spreken. Maar ik zie ervan af, want ik wil worden beoordeeld op grond van wat men van mij hoort en ziet, 7niet op grond van de uitzonderlijke openbaringen die ik heb gekregen.
Vers 1:
1Ik word er wel toe gedwongen hoog van mezelf op te geven. Daarom zal ik, hoewel het geen enkel doel dient, het hebben over visioenen en openbaringen die de Heer ons schenkt.
In januari hadden we de eerste boodschap, preek, over de tweede brief geschreven aan de kerk in Korinthe. En Peter legde in die boodschap haarfijn uit hoe je de brief moet interpreteren: Namelijk als een telefoongesprek , die jij hoort, terwijl iemand die voert, en jij maar één kant van het verhaal hoort! Maar aan die ene kant wel een heleboel informatie krijgt. Lezen van de brieven aan Korinthe is ook zo. Een heleboel informatie, maar het is eenrichtingsverkeer. Marten Jan noemde drie punten op wat er mis is in Korinthe maar in veel kerken door de geschiedenis heen, ook nu nog. Hij had het over een verwrongen beeld van de Here Jezus: 1 Jezus als lieve leraar, 2 Profeet en 3 die je welvaart & rijkdom komt brengen.
Teruggrijpend op de boodschap van Peter afgelopen januari, dat je door het lezen, luisteren als het ware, van één kant van het verhaal, kunt opmaken waar het over gaat, kun je ook hieruit opmaken dat die mensen die allerlei onzin probeerden te onderwijzen zich beriepen op dit soort bovennatuurlijke ervaringen. Alsof dat een bewijs is voor echt, authentiek christelijk leiderschap! In het kopje erboven: Verdediging tegen schijn apostelen.
Leiders die doen alsof ze gestuurd zijn door God, bijzonder onderwijs of bijzondere openbaringen van God hebben ontvangen, maar de kudde uit elkaar jagen! De mensen in de kerk verwarren met onzin! Mensen die zich beroepen op het feit dat ze geestelijke mensen zijn, precies als onze vriend Montanus. In het vorige hoofdstuk, hoofdstuk 11, noemt Paulus dat deze dingen gebeuren, satan doet zich voor als een engel van het licht. Alsof hij van God afkomstig is (hoofdstuk 11 vers 14). En Paulus ging in dat hoofdstuk zo ver dat hij stelt dat de Korintiërs maar wat graag naar de verhalen luisterden, van deze zogenaamde apostelen, zogenaamde gezondenen van God (apostel=gezondene), deze nep leraren, dwaal profeten. Deze mensen die in vers 4 van hoofdstuk 11 een andere Jezus voorschotelen, op de beamer, ja, zelfs een andere geest….
En in het vers op de beamer stelt Paulus, omdat er zoveel dwaalleraren/schijnapostelen, misschien toen ook al wel hysterische profeten als Montanus, waren. En omdat de kerk zo graag naar deze mensen luisterden stelt Paulus dat, om hun maar voor zijn zaak te winnen, namelijk de onversneden waarheid van Jezus, de gekruisigde en opgestane Heer, de waarheid die niet verdunt is met een heleboel onwaarheid als wijn dat je verdunt met water, en, in de hoop toch nog mensen naar hem te laten luisteren zegt hij dat hij gedwongen wordt, om zich óók te beroepen op dit soort bovennatuurlijke zaken. En in één adem vervolgt hij dat dit geen doel heeft! En dit is een soort figure of speech, een manier van spreken. Een soort retoriek. Als je het heel letterlijk neemt lijkt het een beetje een kunstje. Een trucje, toch. Als ik zeg: “Met alle respect”, en dan vervolgens iets tegen iemand zeg dat compleet respectloos is. Dan was “Met alle respect” niets anders als een opstapje naar mijn respectloze kritiek. Of een excuustruus. Of, nog erger, om mezelf recht in de spiegel te kunnen kijken als zijnde iemand die veel respect heeft en goed is in de omgang met de mensen terwijl dit niet zo is. Nederlanders zijn hier absoluut kampioen in. We doet dit constant. En het komt erop neer, dat als je het goed inkleed, inbedt, dat je alles kunt zeggen, dat alles mag. Joh, ik wil niet opscheppen, en dan vervolgens een heel verhaal ophangen waarin je het alleen maar over jezelf hebt. Hoezo niet opscheppen? Doe het dan ook niet! Of zeg het niet! Hoezo met alle respect? Zeg dan daarna niets respectloos! Maar ik denk niet dat de apostel Paulus zo Nederlands was dat hij, voordat hij opschept over zichzelf als een wel héél geestelijk mens, hij het slechts als een excuustruus of opstapje bedoelt. Ik denk dat hij wel degelijk iets aan de kaak wil stellen. Namelijk dat hij het ook écht niet nodig heeft om zijn onbetwiste gezag als leider neer te zetten aan de hand van zijn geestelijke leven of bovennatuurlijke ervaringen. Want een telkens terugkerend thema in dit hoofdstuk en de hoofdstukken erom heen is dat Paulus door God gebruikt wordt dóór zijn zwakte. En dat Paulus door God gebruikt wordt omdat God dit wil en door hem heen werkt. En omdat hij zich op niets beroepen wil. Hij wil hier een duidelijk punt maken, ten aanzien van de dwaalleraren/schijnapostelen in Korinte. En het contrast laten zien: “Joh, zij staan erop dat ze zo geestelijk zijn.” “Ik ga daar niet op staan.” Ik sta op de genade van God. Terugkerend thema in dit hoofdstuk en eigenlijk in de hele brief: Ik de grootste zondaar, doe wat ik doe omdat Gods met zijn goedheid, die ik niet verdien, door me heen werk. Geestelijk wapen vorige week: Kracht v/h kruis.
Net gelezen, het verhaal over een man die duidelijk in trance geweest is. Trance is alsof je droomt, maar je ligt niet te slapen, je komt ineens in een soort andere realiteit. Definitie Wikipedia: Een trance is een verschijnsel waarbij iemand een ander bewustzijnsniveau heeft.
2Ik ken een volgeling van Christus die veertien jaar geleden tot in de derde hemel werd weggevoerd – in zijn lichaam of buiten zijn lichaam, dat weet ik niet, dat weet God alleen. 3Maar ik weet dat deze man – in zijn lichaam of zonder zijn lichaam, dat weet ik niet, dat weet God alleen –4werd weggevoerd tot in het paradijs en dat hij daar woorden hoorde die door geen mens mogen worden uitgesproken.
Paulus vertelt hier van iemand die duidelijk een bovennatuurlijke ervaring van God had. Niet een of andere dwaalgeest zoals Montanus, maar echt van God. En sommigen zeggen dat Paulus het over zichzelf heeft en in vers 7 heeft hij het inderdaad over bovennatuurlijke dingen die hij heeft meegemaakt, maar of dit stukje van iemand die naar de hemel is geweest over hemzelf gaat weet ik niet. Feit is, hij spreekt over bovennatuurlijke dingen, en in zijn voorbeeld over iemand die in een trance, buiten zichzelf getreden, in de hemel komt. Als hij het zelf was, was het zóó echt, zo reëel dat hij geen flauw idee heeft in hoeverre zijn lichaam “mee” was of niet. Als het over iemand anders gaat, weet hij het ook niet.
Hoe ga je om met geestelijke dingen? Denk aan Daniël in het oude Testament die in trances raakte en wonderlijke dingen zag, heel moeilijke dingen, dieren met heel veel koppen erop en betekenissen waar ik af en toe duizelig van wordt en af en toe denk: “Laat maar”. Gewoon heel eerlijk. Ook hele accurate! Over Jezus, de Mensenzoon, dat die komen zal. Ook over wat nu nog moet gebeuren! Dat de Mensenzoon opnieuw zal komen, met veel kabaal, iedereen zal Hem zien! En hij zal recht brengen! Denk aan Johannes in het Bijbelboek Openbaring, Johannes schrijft over in trance raken, de NBV spreekt in hoofdstuk 1 vers 10 over in vervoering raken. De Basisbijbel over dat Johannes in de geest wordt meegevoerd naar de hemel. Het eerste is leerzaam en behapbaar, het tweede deel is schitterend, maar ook afgeladen met moeilijk symbolen, een beetje als Daniel. Dit over trances, maar ook visioenen en dromen passen in dit rijtje, en, wanneer je het breed pakt, ook inzicht in de geestelijke wereld! Er is een wereld van machten en krachten waar wij meestal geen weet van hebben, Daniël sprak ook over deze dingen. En het ding is, deze dingen horen bij het christelijk leven. Wij zijn geestelijke mensen. Het is er onderdeel van. Hand.2 Petrus haalt de profeet Joel aan: 17“Aan het einde der tijden, zegt God, zal ik over alle mensen mijn geest uitgieten. Dan zullen jullie zonen en dochters profeteren, jongeren zullen visioenen zien en oude mensen droomgezichten. 18Ja, over al mijn dienaren en dienaressen zal ik in die tijd mijn geest uitgieten, zodat ze zullen profeteren. 19Ik zal wonderen doen verschijnen aan de hemel boven en tekenen geven op de aarde beneden, bloed en vuur en rook. 20De zon zal veranderd worden in duisternis en de maan in bloed voordat de grote, stralende dag van de Heer komt. 21Dan zal ieder die de naam van de Heer aanroept worden gered.”
Dan zullen jullie zonen en dochters profeteren, jongeren zullen visioenen zien en oude mensen droomgezichten.
Een paar jaar geleden hadden we hier in Utrecht een profetische conferentie met Angela Kemm. Als je Angela Kemm nog niet kent, heb je wat gemist. En de bottomline boodschap van die dag was: Het abnormale, spirituele, geestelijke leven is het normale leven voor een christen. Is supernatural living natural to you?
En de apostel Paulus weet zelf van deze dingen. Hij zag dromen, in Handelingen toen hij in een droom een man zag roepen die zei: “Kom en help ons!”
Hij spreekt veel over geestelijke gaven. Paulus was een geestelijk mens. Vol van de Heilige Geest. Wij zijn geestelijke mensen. Wij spreken met elkaar en bidden voor elkaar en dan hebben we een woord van God voor elkaar. Om die ander te troosten bijvoorbeeld. Te bemoedigen. Aan te moedigen, aan te vuren. Iemand is door God geroepen voor iets en heeft er moeite mee. Vorige week genoemd bij het onderdeel strijd ervaren in je leven. Een roeping, of een gave van God, een talent, kan ook heel moeilijk zijn! En het is als een knop die omgaat als hij dan een woord krijgt, zeker als het een onbekende is of iemand die geen weet van de situatie heeft, wel iemand in de context van de mensen van de kerk (dus niet stiekem achteraf of bij de parkeerplaats) maar dan gaat een knop om! Zo krachtig. Gods Geest werkt zo. Die zaken zijn er tot opbouw. Dat je wordt opgebouwd. Voel je je sterker worden, zekerder. Dat is opbouw. En ultiem dat de kerk verder wordt opgebouwd.
Dromen en gezichten. Sommigen hier kennen dit! God werkt zo. Hij deed dit zo vaak bij Jozef in het oude testament. Jozef, die later onderkoning werd bij Farao in Egypte! Hij werd een specialist in dromen! En hij zei: “Ik kan die droom niet voor u, Farao, ophelderen, maar de God van mijn voorouders, die kan dat wel!” En deze droom leidde ertoe dat het volk gered werd van hongersnood, ja, zelfs de omringende volken werden gered van hongersnood, ja zelfs de familie van Jozef werd gered, en Jozef, een onderdeurtje, werd onderkoning van Egypte, het machtigste land van de wereld.
Maar je moet weten, vrienden, dat dromen, woorden van God, profetie, visioenen en zelfs dingen als trance, die van God zijn, keihard worden nagebootst door de vijand van God, satan. En dat is niet om je angst in te boezemen, maar ik wil dat je helder denkt over deze zaken! En ik begon met het verhaal van Montanus, dat was slecht nieuws, het leidde mensen weg van Jezus, weg van God in een soort mysterieus en mystiek iets. Een soort paranomale beleving. Een soort New Age avant le lettre. En Montanus in 156 staat niet op zichzelf! Vandaag de dag hebben we die invloeden gewoon nog! En het is noodzakelijk dat de kerk, dat zijn jullie, hier bewust van is! Dat zij in staat is onderscheid te maken! En dit is het eerste principe uit de boodschap van vandaag, scherm:
Geestelijke zaken: Onderscheid wat van God is en wat niet.
Bijbel
En dit onderscheiden doe je in de eerste plaats aan de hand van de Bijbel. En misschien ben je hier vanmorgen te gast en heb je hier niet zoveel over gehoord. Misschien vind je het toch een beetje hocus pocus allemaal. Maar als Evangelische Kerk Utrecht passen we binnen de charismatische stroming. En charismatisch betekent niets anders dan dat wij geloven dat ook nú, God nóg steeds met zijn Heilige Geest werkt, mensen woorden geeft om uit te spreken. Ook nu nog dromen en visioenen geeft, net als de tekst uit Handelingen die ik voor las. En we geloven dit simpelweg omdat we de Bijbel geloven. Toen er zo’n gedoe was in de vroege kerk, Montanus, gingen mensen op zoek naar wat Jezus en de discipelen die met hem optrokken onderwezen. Wat die hadden opgeschreven. Zoals de apostel Paulus. En die geschriften hadden zich op ontelbaar veel plekken bewezen als zijnde door Gods Geest geïnspireerd, als stevig fundament onder het geloofsleven. In een eeuw tijd had zich dat bewezen als een onderwijslijn dat mensen volwassen maakte en dat ze hun zekerheid in Jezus de rots van alle eeuwen vonden en ook vasthielden! En ze zijn ze gaan bundelen en zo ontstond wat we kennen als de Bijbel, het oude en nieuwe testament. Canonisering. En ik kan niet genoeg benadrukken hoe belangrijk het is dit te lezen en tot je te nemen. Onderscheid wat van God is en niet. Eerste belangrijke principe. En dit doe je door de Bijbel te lezen!
Gemeenschap
Dit doe je door fellowship! Het Nederlandse woord hiervoor is gemeenschap. En dat betekent niet dat je onderdeel van zo’n gemeenschap wordt, dus onderdeel/lid wordt van een plaatselijke kerk, op de manier dat je inwoner van de gemeenschap Utrecht, of een wijk in Utrecht, Hoograven, bent. Maar dit doe je door actief aan relaties, aan fellowship, aan gemeenschap hebben met elkaar, te werken! Ze zeggen wel eens dat een goed huwelijk keihard werken is. Dus niet een soort passief en het komt wel goed en ik krijg een sprookjes huwelijk. Dit is voor christelijke gemeenschap hebben, actieve vriendschap, fellowship (wijzen scherm) , niks anders! Dat is hard werken! Ergens naar toe gaan als je moe bent! Van elkaar houden als dat niet meevalt! In de Bijbel staat zonneklaar dat de mensen elkaar opzochten, actief vriendschap hadden, in eenvoud des geest, dat betekent niet dat je “simpel bent” of verstandelijk gehandicapt, nee, dat betekent dat je géén opsmuk hebt! Geen verborgen agenda. Dat je je hart openstelt! Dit is een bijbels principe. De apostel Paulus schrijft dit ook, ik heb mijn hart wijd voor jullie openstaan, open jullie hart! Open je hart! Kom uit je comfort zone. In onze individualistische cultuur is dit een ware strijd, een gevecht! We bouwen schuttingen, doen gordijnen dicht, trekken ons terug achter Netflix en internet. Zijn dat onze vrienden? Christelijke gemeenschap. Actieve vriendschap met elkaar hebben is zo noodzakelijk. Is niet optioneel. Er is geen vervanging voor en je kunt niet jezelf ontwikkelen in het onderscheiden van geestelijk dingen, inclusief je eigen geestelijke gaven, je roeping. Geen optie. Zo gaan we er vaak wél mee om. Dat is niet zo. De Bijbel leert, scherm: Spreuken 27:17 Zoals men ijzer scherpt met ijzer, zo scherpt een mens zijn medemens. En zo ben je op de verdiepingsavond door de week. En je hebt een woord van God, een profetie. En een ander zegt aan de hand van de Bijbel dat je dit fout hebt. Ga je dan nooit weer? Of laat je je scherpen? Dat is onze natuurlijke reflex, je brengt iets, het wordt niet ontvangen en hup, we trekken in onze schulp. Dat is geen Bijbelse manier van het leven van het christelijke leven. Bijbels principe, de bijeenkomst niet verzuimen. Wekelijks toewijden om hier te komen, aan relaties te werken, gemeenschap hebben, tijdens het samen zingen, tijdens de koffie en de gezamenlijke maaltijden. Zo belangrijk. En als je meer wilt oefenen, in het gemeenschap hebben maar ook specifiek als we spreken over deze geestelijke dingen, kom naar de Verdiepings avond. Scherm. Onze doordeweekse ontmoetingen! Zo belangrijk om daar verder je hart te openen, je open te stellen voor correctie. Ik weet wel dat dit niet altijd voor iedereen werkt. Ik ken ook seizoenen in mijn leven dat de doordeweekse ontmoetingen niet altijd pasten, maar het past altijd wel een keer! De belangrijkste reden dat we ze wekelijks doen is eenvoudigweg vanuit het verlangen naar die regelmatige gemeenschap. Dat is echt zo! En het helpt voor de mensen die wel eens niet kunnen dat je dan een keer overslaat en de week erop elkaar weer ontmoet. Mensen als Montanus en vele anderen simpelweg weigerden zich toe te wijden aan de context van kerk. Weigerden gemeenschap en vriendschap te cultiveren, te ontwikkelen, ze dachten dat ze “een stem in de woestijn” waren, zoals een Johannes de Doper bijvoorbeeld. Maar dat soort gezalfde eenlingen is oud Testamentisch, en Johannes was de hekkensluiter van die types. Dat is niet hoe nieuw testamentisch Christen zijn werkt. Gebruik dit in je onderscheidingsvermogen als je iets hoort, of iemand spreekt met je over iets, en je denkt: Dit rammelt. Kijk hoe de persoon die een of ander onderwijs heeft, of geeft, hoe de persoon leeft en of die een bijbelse omgeving, een kerk, een gemeente heeft waar hij/zij aan is toegewijd. Dit is echt belangrijk vrienden. Het tweede en laatste principe sluit ik mee. Heel kort, want dit is vaak aan bod geweest, scherm:
Geestelijke zaken: Geestelijk? Wees niet trots, maar verheug je in God!
Dus Paulus haalde iemand aan die buitengewoon uitzonderlijke bijzondere openbaringen had gehad. Een trance! En hij vervolgt, op scherm:
5Van zo iemand wil ik hoog opgeven. Wat mijzelf betreft zal ik me slechts op mijn zwakheid laten voorstaan. 6En zelfs al zou ik hoog van mezelf willen opgeven, dan nog zou ik geen dwaas zijn, want ik zou de waarheid spreken. Maar ik zie ervan af, want ik wil worden beoordeeld op grond van wat men van mij hoort en ziet, 7niet op grond van de uitzonderlijke openbaringen die ik heb gekregen..
Het principe dat je hier uit leert is eenvoudig en de apostel Paulus op het lijf geschreven. En dit zou voor ons ook op het lijf geschreven moeten zijn.
Paulus roemt slechts in één ding. Gods genade. Dat Jezus voor hem stierf, hem uitgekozen heeft, de grootste zondaar die er is, is genoeg. En hoe zwakker Paulus is, hoe krachtiger God geest werkt. En die werkt als Paulus zonder verheven gedoe het evangelie van Jezus de gekruisigde brengt. Voor Paulus is genade alleen genoeg.
Jezus sprak hierover tegen zijn discipelen toen ze succesvol waren in het brengen van het goede nieuws van het koninkrijk van Jezus. Zelfs demonen gingen op de vlucht! En Jezus zei doodleuk: Nou, en? Wees liever blij dat jouw naam geschreven staat in het boek des levens. Dat je voor altijd bij Mij hoort. Amen.